Promoveren en degraderen in de gevangenis

Inleiding
In de gevangenis belanden is voor veel mensen moeilijk voor te stellen, maar voor meer dan 30.000 mensen per jaar wordt het werkelijkheid. Misschien dat jij, of iemand die je kent, ooit hiermee te maken krijgt. Als dat gebeurt, zal je vast veel vragen hebben. Bijvoorbeeld: wat kan je verwachten in de gevangenis en hoe werkt het leven achter de tralies? In de gevangenis wordt gewerkt met het systeem van promoveren en degraderen. In dit blog zal worden uitgelegd wat het systeem van promoveren en degraderen is, hoe het systeem werkt en wat dit betekent voor gedetineerden.

Wat is het systeem van promoveren en degraderen?
De eigen verantwoordelijkheid van gedetineerden is in de afgelopen tientallen jaren steeds belangrijker geworden. Dit blijkt onder andere uit het systeem van promoveren en degraderen dat in 2014 is ingevoerd. Dit systeem heeft als doel gedetineerden aan te moedigen om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen gedrag in de gevangenis. Gedetineerden die hun eigen verantwoordelijkheid nemen en goed gedrag vertonen, worden beloond met meer vrijheden en activiteiten die gedetineerden helpen bij de terugkeer naar de samenleving (ook wel ‘re-integratieactiviteiten’). Hieronder zal worden uitgelegd hoe dit systeem werkt.

Hoe werkt het systeem van promoveren en degraderen?
Het systeem van promoveren en degraderen bestaat uit een basis- en plusprogramma. De meeste gedetineerden beginnen in het basisprogramma. Het basisprogramma heeft 43 uur aan activiteiten per week, zoals arbeid, bezoek en recreatie. Ook krijgen gedetineerden in het basisprogramma motiverende activiteiten, zoals een training waarin deelnemers moeten nadenken over hun leven en over de vraag of ze een andere weg willen inslaan als ze uit de gevangenis komen. De motivatie van de gedetineerde voor re-integratie, diens gedrag en diens inzet zijn nodig om te kunnen promoveren naar het plusprogramma.

Als gedetineerden 6 weken lang goed gedrag laten zien, kunnen zij promoveren naar het plusprogramma. Het plusprogramma bestaat uit 48 uur aan activiteiten per week en heeft extra activiteiten op het gebied van onderwijs, arbeid en resocialisatie. Zo kan de arbeid in het plusprogramma een hoger loon, hoger niveau of meer vrijheden en verantwoordelijkheden betekenen. Verder zijn er meer bezoekmogelijkheden. Ook mogen gedetineerden in het plusprogramma 11 uur extra buiten hun cel verblijven. Daarmee bestaat het totale plusprogramma uit 59 uur per week. Daarnaast kunnen in principe alleen de gedetineerden in het plusprogramma verlof krijgen. Het plusprogramma heeft dus verschillende voordelen voor de gedetineerden.

Toetsingskader
De beslissing of iemand mag promoveren is gebaseerd op de motivatie en de inzet van de gedetineerde. Dit wordt gemeten met een toetsingskader. Dit toetsingskader is in 2020 aangescherpt. Er zijn sindsdien drie categorieën: gewenst, ongewenst en ontoelaatbaar gedrag. Hierbij wordt voor gewenst en ongewenst gedrag gekeken naar de beoordelingscriteria re-integratie/resocialisatie en verblijf/leefbaarheid. Onder gewenst gedrag valt het meewerken aan het opstellen van een eigen detentie & re-integratieplan, het houden aan (huis)regels en het meewerken aan het dagprogramma. Bij ongewenst gedrag werkt de gedetineerde juist niet mee en houdt diegene zich niet aan (huis)regels. Als een gedetineerde ontoelaatbaar gedrag vertoond, zoals het te laat of niet terugkeren van verlof of het gebruiken van alcohol of drugs, kan diegene na één fout al gedegradeerd worden naar het basisprogramma.

Wat betekent het systeem van promoveren en degraderen voor gedetineerden?
Omdat het plusprogramma veel voordelen heeft, is het voor gedetineerden fijn om in het plusprogramma te komen en te blijven. Hiervoor moet de gedetineerde zich goed gedragen, gemotiveerd zijn en inzet laten zien. Dit betekent dat de gedetineerde gewenst gedrag moet laten zien, zoals het houden aan (huis)regels. Daarnaast mag de gedetineerde niet de fout ingaan met ontoelaatbaar gedrag, zoals drinken of drugs gebruiken.

De gedetineerde kan tegen beslissingen over het promoveren en degraderen beklag indienen bij de Commissie van Toezicht van de gevangenis. Beklag indienen is ook mogelijk wanneer er geen beslissing wordt genomen. Belangrijk is dat de bezwaartermijn maar 7 dagen is. Tegen de uitspraak van de Commissie van Toezicht kan vervolgens in beroep worden gegaan bij de beroepscommissie van de Raad van de Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ). Ook hierbij geldt een termijn van maar 7 dagen. Beklag en beroep moeten dus snel worden ingediend.

Conclusie
Het systeem van promoveren en degraderen speelt een belangrijke rol in de gevangenis. Voor gedetineerden is het belangrijk om in het plusprogramma te komen en te blijven vanwege de voordelen die het heeft. Daarom is het van belang dat ze gewenst gedrag laten zien en zich houden aan de regels. Afhankelijk van hun gedrag kunnen gedetineerden dus promoveren of degraderen. Als de gedetineerde het niet eens is met een beslissing over promoveren en degraderen, kan diegene beklag en/of beroep indienen.

Uit dit blog volgt dat het systeem van promoveren en degraderen ingewikkeld is en daardoor moeilijk te begrijpen. Het is dan ook heel logisch als u vragen heeft over het (systeem van) promoveren en degraderen. Mocht u advies willen over het promoveren of degraderen of andere strafrechtelijke kwesties, neem dan contact met ons op of kom langs tijdens het inloopspreekuur van Overheid & Strafrecht op dinsdag 19.00-20.30. Ook als u hulp nodig heeft met het schrijven van uw beklag- of beroepschrift, kunt u ons bellen of mailen. We zijn er om u te helpen en adviseren u graag.

Recht op thuiswerken?

In de lockdown-periode tijdens de coronacrisis leek het nog een tijdelijke noodoplossing, inmiddels zijn veel mensen eraan gewend: thuiswerken. Thuiswerken is niet meer weg te denken uit ons dagelijkse leven. Ook binnen de politiek werd gehoor gegeven aan deze institutionalisering. Op 5 juli 2022 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel ‘wet werken waar je wilt’ aangenomen, dat de regels rondom thuiswerken versoepelt.
Echter, dit wetsvoorstel haalde afgelopen maand de stemming binnen de Eerste Kamer niet.
Vooralsnog blijven werknemers aangewezen op de ‘Wet Flexibel Werken’. Op grond van die wet kan een werknemer aan zijn werkgever het verzoek doen om deels vanuit huis te werken. De werkgever moet op basis van dit verzoek tot een gemotiveerd en schriftelijke beslissing komen. Afwijzing blijft echter de norm, en een algemene reden tot afwijzing volstaat. Hieronder een korte uitleg over de huidige regels rondom thuiswerken.

Aan welke voorwaarden moet een werknemer voldoen voor een verzoek tot thuiswerken?

Op grond van de ‘Wet Flexibel Werken’ moet een werknemer minstens zes maanden in dienst zijn, alvorens thuis kan worden gewerkt. Bovendien moet het bedrijf minimaal tien werknemers hebben. Het verzoek tot thuiswerken dient twee maanden van tevoren schriftelijk te worden gedaan.

Wanneer mag mijn werkgever het verzoek tot thuiswerken afwijzen?

Op grond van de ‘Wet Flexibel Werken’ is het voor een werkgever nog vrij gemakkelijk om een verzoek tot thuiswerken af te wijzen. Er is een aantal voorwaarden waar de afwijzing aan moet voldoen. De werkgever moet de afwijzing eerst met de werknemer bespreken. Bovendien moet de beslissing binnen een maand na het verzoek schriftelijk worden vastgelegd. Een jaar na de afwijzing van het verzoek mag de werknemer opnieuw een poging wagen.

Wat als mijn werkgever het verzoek tot thuiswerken toewijst?

Indien uw werkgever het verzoek tot thuiswerken toewijst, is het sterk aan te raden de afspraken rondom thuiswerken vast te leggen in een thuiswerkovereenkomst. Denk hierbij aan afspraken rondom de tijden en dagen dat u thuiswerkt, maar ook aan kostenvergoedingen.

Daarnaast is het nog verstandig om stil te staan bij de arbeidsomstandigheden. Als een werknemer vaker dan incidenteel thuiswerkt, is de werkgever verantwoordelijk voor een ergonomisch ingerichte werkplek. Bijna alle regels uit de Arbowet zijn ook van toepassing op thuiswerkende werknemers.

Of er ooit nog een recht op thuiswerken komt, zal de toekomst moeten uitwijzen. Tot die tijd, moeten werkgevers en werknemers het met bovenstaande regels doen.

Een einde aan het tijdelijke huurcontract?

Heb jij voor je studentenkamer een vast of tijdelijk huurcontract? Voor vele studenten geldt dat hun huurovereenkomst tijdelijk is, vaak geldt deze voor een termijn van maximaal vijf jaar. Dit kan vanaf 1 januari 2024 niet meer. In mei 2023 heeft de Tweede Kamer namelijk ingestemd met een wetsvoorstel die strekt tot het afschaffen van tijdelijke huurcontracten voor woonruimten. In deze blog zal worden besproken wat deze nieuwe wet inhoudt en wat voor gevolgen deze kan/zal hebben.

Wat was de situatie eerst?

In 2016 trad de Wet doorstroming huurmarkt 2015 in werking. In deze wet werd vastgelegd dat er tijdelijke huurcontracten konden worden afgesloten die automatisch tot een einde kwamen. Hiervoor was slechts een schriftelijke herinnering van de huurder nodig. Hoewel het idee was dat het contract voor onbepaalde tijd de norm zou blijven, bleek dit niet zo te werken in de praktijk. Over het algemeen werden er veel meer tijdelijke contracten verstrekt dan contracten voor onbepaalde tijd.

Wat gaat er veranderen?

De bedoeling van de Wet doorstroming huurmarkt 2015 was dat er meer woningeigenaren in de verleiding zouden worden gebracht hun woning te verhuren. Echter, in de praktijk nam dit geen gewenste werking aan. Als gevolg hiervan wordt vanaf 2024 de wet dus gewijzigd. Door de wijziging is het nauwelijks meer mogelijk een huurovereenkomst voor bepaalde tijd af te sluiten, dit geldt zowel voor zelfstandige woonruimten als kamers (onzelfstandige woonruimten).

Wat kan er voor mij als huurder veranderen?

Wanneer je momenteel een huurcontract voor onbepaalde tijd hebt, blijft dit contract gewoon bestaan in zijn originele vorm. Als de termijn uit je contract afloopt, komt je huurovereenkomst ook automatisch ten einde na tijdige schriftelijke herinnering door je verhuurder. Hierna kan een tweede contract worden afgesloten, die voor onbepaalde tijd moet zijn, maar dit was voorheen ook het geval. Als huurder hoef je je dus geen zorgen te maken, deze wetswijziging heeft voor jou positieve gevolgen!

Vaststellingsovereenkomst: waar moet ik op letten als werknemer?

Je hebt het een hele tijd erg naar je zin op je werk alleen sinds de laatste paar weken loopt het tussen jou en je werkgever iets minder. Je hebt het idee dat je werkgever van je af wilt en nu heeft hij ook aangegeven dat hij van plan is je te ontslaan via een vaststellingsovereenkomst, ook wel een beëindigingsovereenkomst genoemd. Jij raakt lichtelijk in paniek en je hebt overal vragen bij. Moet je tekenen? Heb je eigenlijk wel een keus en waar moet je op letten? Wat houdt zo’n overeenkomst eigenlijk in en wat moet er allemaal instaan?

Vaststellingsovereenkomst

In de hierboven omschreven situatie wil de werkgever de werknemer ontslaan op grond van een vaststellingsovereenkomst. Zo’n overeenkomst houdt in dat je samen met je werkgever in gesprek gaat over je ontslag en afspraken maakt over je ontslag. Deze afspraken worden vastgelegd in de vaststellingsovereenkomst.  

Een vaststellingsovereenkomst is een schriftelijke overeenkomst tussen werknemer en werkgever om een contract met wederzijds goedvinden te beëindigen. Met de overeenkomst stop je dus samen met je werkgever je contract. Belangrijk is dat je als werknemer niet mee hoeft te werken aan de overeenkomst. Vaak heb je de ruimte om te onderhandelen over de voorwaarden. Beide partijen moeten het met de afspraken eens zijn die in de vaststellingsovereenkomst komen te staan.

Inhoud

In de vaststellingsovereenkomst staan verschillende aspecten, zoals onder andere:

•   De reden voor het ontslag

•   Dat het ontslag op initiatief van de werkgever is

•   De einddatum van de arbeidsovereenkomst en de opzegtermijn

•   Beëindigingsvergoeding 

•   Vrijstelling van werk; vrij zijn van werk om te solliciteren of uitbetaling vakantiedagen

•   Het gebruik en inleveren van bedrijfsmiddelen

•   Geen betaling opleidingskosten

•   Positief getuigschrift

•   Opbouw pensioen

•   Afspraken over nieuwe baan en het concurrentie-, relatie-, of geheimhoudingsbeding

•   Finale kwijting; na het tekenen kan de werknemer niets meer van de werkgever eisen

•   Bedenktijd

Het is belangrijk om te realiseren dat de werknemer en de werkgever vrij zijn om nog meer afspraken in de overeenkomst op te laten nemen die van toepassing zijn op de situatie.

Ondertekenen

Teken de vaststellingsovereenkomst niet meteen, maar overleg eerst met een arbeidsjurist of met bijvoorbeeld de rechtswinkel. Controleer daarnaast of alle gevolgen die in de overeenkomst staan bekend voorkomen en of je ze begrijpt. Ben je het eens met de vaststellingsovereenkomst, dan kun je de overeenkomst ondertekenen. Ben je het niet eens met de vaststellingsovereenkomst, dan hoef je niet te tekenen.

Non-conformiteit bij de koop van een huis: verborgen gebreken

Je kan je geluk niet op. In deze huizenmarkt heb je een huis gevonden. Je hebt het huis gekocht en bent er zo snel mogelijk ingetrokken en je huisje, boompje, beestje is eindelijk compleet. In het eerste opzicht lijkt alles perfect, maar wat als er onverwachts toch ineens enorme schimmelplekken achter het behang opduiken? Wat zijn de rechten van de koper bij het opduiken van verborgen gebreken na de koop van een huis? Ben je zelf verantwoordelijk voor het herstel, of is er wellicht iets te verhalen op de verkoper?

In de hierboven omschreven situatie is sprake van een zogenaamde non-conformiteit. Non-conformiteit betekent dat een zaak niet de eigenschappen heeft die van de zaak mochten worden verwacht op grond van een koopovereenkomst. Om de schade te kunnen verhalen bij non-conformiteit bij de koop van een huis moeten aan een aantal vereisten voldoen.

Onderzoeksplicht

Voor de koop van een woning is het belangrijk dat weet van de onderzoeksplicht van de koper. Elke potentiële koper van een woning moet namelijk zelf een grondig onderzoek doen. Wij adviseren u dan ook een expert in te huren voor bijvoorbeeld een bouwkundig rapport om zo alle verrassingen voor te zijn.

Aansprakelijkheid van de verkoper

Mocht u een woning hebben gekocht waar ondanks inspectie toch nog verborgen gebreken opduiken, dan kan de verkoper aansprakelijk zijn voor de herstelkosten. Dit is het geval wanneer de woning niet meer normaal gebruikt kan worden als waarvoor het bestemd is door het gebrek. Het gebrek moet zowel belangrijk als ernstig zijn. Tenslotte moet bewezen kunnen worden dat het gebrek aanwezig was op het moment van de aankoop en zich niet later pas voordeed.

Het verborgen gebrek kan niet altijd op de verkoper worden verhaald. Op grond van art. 7:17 BW moet de woning beantwoorden aan de koopovereenkomst. Vaak doen verkopers een exonoratiebeding in de koopovereenkomst die ‘zichtbare en onzichtbare gebreken’ uitsluit voor aansprakelijkheid. Een exoneratiebeding geldt echter alleen wanneer de verkoper te goeder trouw handelde en een natuurlijke persoon is. Mocht de verkoper weten van het gebrek, maar het niet aan u hebben gemeld dan handelt deze niet ter goeder trouw en vervalt de werking van het beding. Raadzaam is dus om vooral goed zelf onderzoek naar het huis voordat u het koopt.